Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Van [32]zijn verheffen schromen de sterken; om [33][zijner] doorbrekingen wille [34]ontzondigen zij zich. 32. Te weten, waardoor hij zich uitsteekt en vertoont buiten het water. 33. Waardoor hij woelt, wentelt en zwemt door de zee, de baren voor zich brekende en onstuimig makende. 34. Dat is, de allersterkste worden zo met vrees en schrik bevangen, dat zij zich zoeken te verzoenen met God, niet anders dan alsof hun de dood voor de ogen kwam. Vergelijk Ps.107:23, enz., en Ps.28:, enz.; Jona 1:5.